Wall Street sloot donderdag iets lager. Intel was de grootste stijger.
De leidende Dow-Jonesindex eindigde een fractie lager op 16.572,55 punten. De bredere S&P 500 daalde 0,1 procent tot 1888,77 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq ging 0,9 procent omlaag naar 4237,74 punten.
Volgens handelaren is het sentiment in de markt in de basis nog altijd positief, maar zijn beleggers huiverig om in aandelen te stappen nu de koersen op recordniveaus staan. Een positief banencijfer kan vrijdag voor nieuwe koopimpulsen zorgen.
Meer aanvragen uitkering
Voor opening bleek dat meer Amerikanen vorige week voor het eerst een aanvraag hebben ingediend voor een werkloosheidsuitkering. Het aantal aanvragen steeg met 16.000 tot 326.000. Economen hadden gerekend op 319.000 aanvragen.
Ook een definitief cijfer over de groei van de Amerikaanse dienstensector in maart viel wat tegen. De bedrijvigheid nam sterker toe dan een maand eerder maar minder sterk dan in een voorlopige raming was gemeld. Op die neerwaartse bijstelling hadden economen niet gerekend.
Intel wint 2 procent
Technologieconcern Microsoft en sportschoenenfabrikant Nike waren de sterkste dalers in de Dow met verliezen van 0,8 en 0,7 procent. Chipfabrikant Intel was de sterkste stijger. Het aandeel profiteerde van een adviesverhoging en won 2 procent. Industriereus General Electric en telecombedrijf AT&T volgden met plussen van 0,8 en 0,7 procent.
De euro was 1,3719 dollar waard, tegen 1,3709 aan het eind van de beurshandel in Europa. De prijs van Amerikaanse olie steeg 0,8 procent tot 100,38 dollar per vat van 159 liter. Brentolie werd 1,4 procent duurder en bracht per vat 106,25 dollar op.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl